Google Analytics

donderdag 24 april 2014

Respect

“Ik eis respect”, zegt patiënt op boze toon. Kennelijk ontbreekt het hem daaraan, dus ik heb wat te doen, want dat kan zo maar niet.

Omdat ik niet zo goed weet wat dat is, respect, baseer ik mij op de opvatting over respect van Paul Schnabel, de voormalig directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau. In een publicatie hierover kwam hij, in mijn woorden weergegeven, tot het volgende.
Het begrip ‘respect’ is van betekenis aan het veranderen. Voorheen was respect iets wat betuigd werd aan iemand die iets respectabels had gedaan, of die op grond van zijn functie gerespecteerd diende te worden. Dat leidde zelden tot misverstanden: men was het eens over het respectabele van de verrichtte handeling, of men bekleedde een functie – notaris, burgemeester – die puur op zichzelf dwong tot respect. Vaak ook was gewoon oud zijn voldoende voor respect – eerbied voor grijze haren – waar het respectabele er dan uit bestond om oud te worden, of grijs, of beide.
Vandaag de dag lijkt respect iets wat door iedereen opgeëist kan worden zonder dat er sprake is van de bijbehorende respectabele verrichting, of funktie. Een soort recht, als het ware: het recht op respect. Niet alleen personen, maar ook opvattingen lijken recht te hebben op respect.

Dat geeft te denken. In mijn tijd diende je inderdaad respect te hebben voor ouderen; het waarom ervan was niet altijd duidelijk omdat niet álle ouderen respect afdwongen. Er waren er, maar dat zeg ik wat kleintjes, waar ik geen respect voor had. Maar ik begreep dat toen als een tekort van mij.
Respect hebben voor opvattingen lijkt ook zo iets. Dat schijnt te moeten. En omdat ik mee moet in deze wereld doe ik dat ook maar, al moet ik eerlijk zeggen dat er – diep in mij – opvattingen zijn die ik in het geheel niet respecteer. Integendeel, ik denk nog dat er verwerpelijke opvattingen zijn.
Respect voor mensen, daar kan ik beter mee uit de voeten. Ik doe er erg mijn best voor. Vanuit mijn leeftijdsklasse bezien zou het begrijpelijk zijn als ik patiënt vroeg wat voor respectabels hij dan heeft gedaan. Maar zo'n gesprek loopt dood, patiënt voelt zich niet begrepen, voelt zich afgewezen en wordt nog nurkser. Dus ik doe het maar anders. Het gesprek verloopt als volgt ( P is patiënt, T ben ik. Schuin gedrukt: mijn overweging om zo te reageren):

P: (boos) Ik eis respect.
T: Goed idee. (bijvallen, niet tegenspreken. Haalt de wind uit de zeilen. Werkt altijd.)
..... Wat moet ik doen dat jij denkt, hé, hij heeft respect? (informatieve, vriendelijke vraag: ik wil wel, maar weet niet goed hoe. Help mij. Moeilijk voor hem om boos te blijven.)
P: ........ (Tja, wat nu. Nu moet hij nadenken over wat hij precies wil.)
Eh ...... Ja ...... Nou, dat mensen mij niet tegenspreken, enzo ....
T: Juist (Juist. Zie daar de definitie van respect. Nu nog de enzo.)
Dat is het?
P: Dat mensen mij in mijn waarde laten, enzo.(Is dat niet hetzelfde als respect? Nog maar een keer, dan.)
T: En hoe doe ik dat, jou in je waarde laten?
P: (zucht) Nou, dat ik ook eens wat goed doe, dat ze niet altijd lopen te zeiken tegen mij, enzo (Zonder enzo gaat het niet. Maar hij heeft een punt.)
T: Ja, dat is ook lastig met ons, we zien en horen alles (Bijval).... En we krijgen er nog voor betaald ook (Poging tot humor)
P: (verbaasd - gevolgd door glimlach. Poging tot humor geslaagd?) Ja dat snap ik wel man, maar dat is moeilijk. Maar ik doe nooit wat goed, het is altijd kritiek, nooit eens dat ze zeggen .... nou, dat ik het ook wel goed doe .....

Nu kan het gesprek verder. Hij heeft wel een punt, hij loopt veel kritiek op.
Respect betekent bij hem aanvankelijk 'je moet me niet tegenspreken' maar wordt tot een 'ik krijg alleen maar kritiek'. Maar nu komen we ergens. Wij kunnen stoppen met kritiek (dan heeft hij zijn respect), we kunnen ook kijken waarom hij zoveel kritiek oploopt. Nog even verder kleien, uitleggen wat de gevolgen zijn van die twee mogelijkheden en hém dan laten kiezen. Nou ja, wel een beetje sturen. Respectvol sturen ....

zondag 13 april 2014

Thuis

Opgepakt worden door de politie, dat went. Volgens zijn Justitieel dossier is hij 41 keer veroordeeld, en dat betekent dat hij vele malen vaker moet zijn opgepakt. Hij heeft zijn leven de afgelopen 15 jaar doorgebracht binnen Hoog Catharijne, het Huis van Bewaring en de gevangenis. En hij is ook nog vier keer getrouwd geweest. En daar vertelt hij nu over.
Het vinden van een huwelijkspartner is niet moeilijk, daar zijn blaadjes voor. Vanuit de gevangenis zet hij dan een contactadvertentie en dan zijn er zo maar trouwlustige dames, die hem en passant ook willen redden van verdere Justitiële bemoeienis. Ze komen dan op bezoek, in de gevangenis en omdat hij voldoet aan bijna alle criteria voor psychopathie, inclusief de charmante, gladde prater, kon hij uitkiezen.
Zelf dacht hij niet aan trouwen, hij had onderdak nodig, daar ging het hem om. Maar bezwaar had hij ook niet, en omdat hij echt ook wel lief voor zijn vrouwen was, kwam het er toch van. En zo is hij twee keer in de gevangenis getrouwd, en twee keer er buiten.

Hij vertelt dit alles als heeft hij een gewoon normaal mensenleven geleefd, doorsnee. Niets in zijn leven beschouwd hij als bijzonder - ook een psychopatentrekje, trouwens.

En dan ging hij met zo'n mevrouw, keurig getrouwd, mee naar huis en daar kreeg hij het Spaans benauwd.
Aan woorden ontbreekt het hem niet, en aan beeldende taal ook niet. Hij betreedt een hem onbekend huis en gaat zitten op een hem onbekende stoel. Daar zit hij, heel stil, want niets is van hem. Hij durft niets aan te raken, "ook na maanden durfde ik nog geen kastje open te maken". Hij ligt 's nachts in een hem onbekend bed naast een hem, in feite onbekende mevrouw. Hij wast niet af, stofzuigt niet, durft nog geen vaasje te verzetten, leegt zelfs de asbak niet.
Dan slaat langzaam de rusteloosheid toe, en het besef dat dit niet werkt. En hoewel hij lief is voor zijn vrouw, en zij voor hem, komt de dag dat hij opstaat uit zijn stoel en gaat. En dan komt hij niet meer terug. Want dat kun je, als je psychopaat bent.
Dan komt hij in een stad en koopt cocaïne en alcohol. En dan komt hij weer tot leven. En daarvoor leegt hij opnieuw kassa's van winkels en dat gaat goed tot hij weer opgepakt wordt.
"En dan ga ik weer naar huis", zegt hij. En dan bedoelt hij niet naar zijn vrouw, hij heeft het over de gevangenis. Wat dat is zijn thuis, het is de enige plek waar hij niet stil in een stoel zit en niets durft aan te raken. En hij tekent daar de echtscheidingsformulieren want vlak voordat hij vertrok durfde hij wel iets aan te raken, en dat nam hij dan mee. En dan zet hij een contactadvertentie.