Google Analytics

vrijdag 17 januari 2014

Leed

“Hee, Opperhoofd”. Het klinkt altijd enthousiast, zijn begroeting. Hij meent kennelijk dat ik hier de leiding heb – en omdat ik vind dat het inderdaad zo had gemoeten spreek ik hem niet tegen. Na zijn begroeting volgt vaak Het Probleem. Zijn probleem nu is dat zijn geld op is waardoor hij geen shag meer kan kopen.
Er zijn mensen die dat wel goed vinden en denken dat hij dan maar niet moet roken. Maar dat zijn domme, nare en nodeloos harde mensen, harteloos ook. Hij rookt wel, en ook ik mag graag een sigaretje, dus ik begrijp dat hier sprake is van een urgent geval. Ik mag weer een voorschot voor hem regelen.
Maar eerst wil ik weten waarom zijn geld op is. Dat leidt, altijd, tot een lang en warrig verhaal. Het komt er op neer dat hij gisteren voor een collega van het werk een mobiele telefoon heeft gekocht. Want hij heeft een groot hart, en leed verdraagt hij niet – dit was ‘een zielig vrouwtje’, en niemand bekommerde zich om haar.
Zo is hij. Hij komt voortdurend zielige mensen tegen die zijn zorg nodig hebben. Een enkele maal is hij zelfs in tranen over het leed dat op zijn pad komt. En dan gaat hij die mensen helpen. Dit ‘zielige vrouwtje’ heeft overigens gewoon een salaris, en hij niet want dat kan nog niet. Hij krijgt, volgens de ‘zak- en kleedgeldregeling’ zo’n € 250,00 per maand. Dat is niet veel, maar daar redt hij mensen mee. Want leed verdraagt hij niet en hij heeft een groot hart.
Daarnaast verliest hij, zo om de maand, wel een keer z’n portemonnee. Dat is uiteraard niet zijn schuld, maar dan heeft hij niets meer: geen geld, geen bankpasje en geen identiteitskaart. Dan gaan we naar de bank om weer een nieuw bankpasje te vragen, en naar de gemeente voor weer een identiteitsbewijs. Hij zou er een voorraadje van moeten hebben, denken wij, maar daar voorziet de bank niet in en de gemeente al helemaal niet.
Want hij moet naar de zelfde gemeente als ik, en het balie-personeel daar moet de cursus klantvriendelijkheid nog doen. Opdat ik begrijp dat ze mij een grote gunst verlenen kijk ik altijd naar een zuur en afwijzend gezicht. Ook ik moest tot drie keer toe opnieuw pasfoto’s laten maken want er mankeerde iets aan. De vierde keer was het goed, maar toen trof ik ook een andere zure mevrouw. Zelfs met een elektronenmicroscoop is geen verschil te ontdekken tussen de goedgekeurde en de afgekeurde foto’s, maar zo’n mevrouw beslist. Dus het idee dat ik gelijk maar vast tien rijbewijzen bestel, voor het geval dat, jaagt me angst aan. Misschien dat zo’n mevrouw mij dan, uit zurigheid, helemaal verwijdert uit de gemeentelijke administratie waardoor ik als statenloos burger buitensta, met een vuist vol pasfoto’s – dus dat durf ik niet.
Aan het eind van de middag heeft hij zijn € 20,00 voorschot. Dat is een heel werk want er moeten formulieren ingevuld, kopieën gemaakt en handtekeningen verzameld. Zijn € 20,00 kost, schat ik in, aan papier en personele kosten zeker het tienvoudige. Maar nu gaat hij shag kopen, voor de zekerheid twee pakjes.
Daarvan heeft hij er, voordat de avond om is, één weggegeven, schat ik zo in, want hij komt veel leed tegen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten