Google Analytics

zaterdag 8 februari 2014

Planeet

Hij komt van een andere planeet. Onze wereld is hem onbekend, hij heeft geen benul van hoe mensen hier leven.
Op zijn wereld gebruikt iedereen cocaïne en alcohol, wordt gelogen en gestolen, en heb je altijd een mes bij je. Het is geen fijne wereld, maar dat weet hij niet - het is de enige wereld die hij kent.
Even leefde hij op onze wereld, maar dat bleek toch niet zijn thuis. Op de terugweg van verlof kwam hij iemand tegen van zijn eigen wereld, hij herkende haar direkt als planeetgenote. Natuurlijk spraken ze elkaar aan en natuurlijk gebruikte zij, in zijn aanwezigheid, alcohol. Hij niet, zegt hij. En zij vertrok om al na enkele seconden opgevolgd te worden door een andere wereldgenoot. Die sprak niet maar had wel een mes. Zonder woorden stak hij hem in zijn buik en rukte zijn gouden ketting af. Een halve minuut later was zij weer terug.
Op onze planeet bellen we 1-1-2, in zijn wereld gaan ze samen cocaïne kopen. Hij verpatst er zijn gouden ring voor. Ze gebruiken samen, op straat, en drinken er veel alcohol bij. Na een uur valt hij om en belt zij nu toch 1-1-2 - en hij belt zijn vriendin, maar die slaapt dan al.
In het ziekenhuis blijkt de wond zo groot en diep dat de ingewanden eruit liggen.

Na tien dagen ziekenhuis komt hij weer bij ons. De hand op de buik, want het doet wel zeer. Maar opgewekt, ook. Want ach, zoiets kan gebeuren. Dat weten wij want hij is eerder neergestoken, nota bene op precies dezelfde plek. Maar dat is al tien jaar terug en hij lijkt dat een heel redelijk gemiddelde te vinden, om de tien jaar.
Hij beschouwt de zaken niet. Op onze vraag of er mogelijk een verband is tussen de vertrekkende en nadien terugkerende vrouw en de man met het mes haalt hij zijn schouders op. Het is niet relevant. Misschien, zegt hij welwillend, heeft zij hem gebeld. Daarmee is de zaak voor hem afgedaan: hij weet het niet. Hij zegt het onbewogen: zo gaan die dingen. Dat ze, met zijn ingewanden op zijn knieën, op zijn kosten cocaïne hebben gebruikt: ja, zo gaat dat. Hij blijft er onbewogen onder.
Hij heeft nogal wat drugsschulden, op zijn planeet. Misschien is hij daarom neergestoken, denken wij. Maar ach, dat is voor hem niet relevant. "Ik ben niet bang"', zegt hij. Dat zou hij beter wel kunnen zijn maar angst is onbekend op zijn planeet. Hij zou er morgen zo weer heen gaan, onbekommerd, want z'n goud is immers op, nu.
Liefst nog zou hij vandaag nog gaan. Naar zijn wereld. Want een andere kent hij niet. En wat kan hem nou voor bijzonders overkomen ....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten